Tolkien NL wiki
Registreer
Advertisement

De Breebalken waren één van de Zeven Huizen der Dwergen. [1]

Breedbalken

Een Breedbalk door Ben Wootten

Geschiedenis[]

De Breedbalken ontwaakten onder de berg Dolmed samen met de Vuurbaarden. Ze woonden in hun stad Belegost en deden aan handel met de stad van de Vuurbaarden, Nogrod, in het Zuiden en met de Sindar en de Noldor van Beleriand in het Westen en ook met de Mensen die net verschenen waren.

De Breedbalken waren de grootste smeden en ambachtslieden in Midden-Aarde na de Vuurbaarden van Nogrod. Zij vonden de Maliënkolder uit en hielpen met de bouw van de elfensteden Nargothrond en Menegroth.

In de Slag van Ongetelde Tranen droegen de zwaarbewapende Breedbalken ijzeren maksers (wat gebruikelijk was in hun huis). Hun Heer, Azaghâl, werd gedood door de draak Glaurung maar verwonde hem dodelijk in de maa waarbij Glaurung, samen met vele andere schepsels van Morgoth, vluchtte. De Breedbalken droegen dan al zingend hun gestorven leider weg van het gevecht en geen enkele vijand waagde zich dicht bij hen te komen.

Na de Oorlog om Gramschap zonk de stad van Breedbalken en Vuurbaarden in de zee samen met veel van de Ered Luin. Sommige Dwergen bleven hun oude hallen te herbouwen of om nieuwe te graven maar de meesten verlieten hun verwoeste steden voor Khazad-Dûm.

In de Derde Era scheiden sommige Breedbalken en Vuurbaarden zich van Durins Volk tijdens de afzondering van Khazad-Dûm. Zij keerden terug naar de Ered Luin waar nog steed enkele van hun oude verwanten leefden. Net zoals alle andere Huizen van de Dwergen stuurden de Breedbalken troepen naar de Oorlog tussen de Dwergen en Orks. [2]

Bronnen, Noten en Referenties[]

  1. J.R.R. Tolkien, Christopher Tolkien, The Peoples of Middle-Earth, "Of Dwarves and Men", pp. 301 ,322 (note24)
  2. J.R.R. Tolkien, In de Ban van de Ring, Appendix A, "Durins Volk"
Dwergenclans
Langbaarden Vuurbaarden Breedbalken Nietige Dwergen
IJzervuisten Stijfbaarden Zwartsloten Steenvoeten
Advertisement